AA
Het onverantwoorde lobbyen van het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB) voor nieuwe GGO’s 

Vandaag blijkt dat het Vlaams Instituut voor Biotechnologie met medeweten van de Belgische regering al anderhalf jaar een veldproef uitvoert met genetisch gemodificeerde maïs gebaseerd op een techniek waarover het Europees Hof van Justitie woensdag pas uitspraak doet. 

Hoewel Knack al over het thema schreef, hoorde u wellicht nog nooit van het fenomeen CRISPR-Cas9. Onterecht, want het is één van een hele reeks nieuwe biotechnologieën die de potentie hebben de biodiversiteit op aarde fundamenteel te veranderen of te beïnvloeden. En dat niet persé op een positieve wijze. De industrie en sommige wetenschappers achter deze technologieën zijn als de dood dat deze worden aanzien als Genetisch Gemodificeerde Organismen (GGO’s) omdat ze dan onder de Europese GGO-wetgeving zouden vallen. 



Daarom kijkt de Brusselse bubble, de wereld van de biotechnologie en de milieuorganisaties reikhalzend uit naar een arrest dat het Europees Hof van Justitie deze week publiceert over de legale status van deze nieuwe technologie.

De agrochemische-industrie ijvert er al jaren hard voor dat deze nieuwe biotechnologieën (of de zogenaamde ‘nieuwe teelttechnieken’) niet onder de bestaande Europese ggo-wetgeving uit 2001 zouden vallen. Vanuit Vlaanderen wordt de lobby vurig gesteund door het Vlaams Instituut Biotechnologie (VIB), officieel nog altijd een wetenschappelijk instituut,  dat daarin een zeer actieve rol speelt. Zij willen dat deze nieuwe technologie niet door de EU gereguleerd wordt. Concreet: geen veiligheids- of risico-analyses, geen labeling en geen traceerbaarheid. 

De Europese Commissie beloofde reeds in 2005 met een juridische analyse te komen en met een definitie over welke van die nieuwe technologieën wel of niet onder de Europese wetgeving vallen. Door getouwtrek en de juridische procedure besloot men het oordeel van het Europees Hof van Justitie (EHJ) af te wachten. Er staan miljarden en het voortbestaan van soorten van af.

De advocaat-generaal van het EHJ publiceerde eerder dit jaar al een advies dat duidelijk stelt dat de meeste van die nieuwe technologieën wel degelijk onder de definitie GGO vallen. Tegelijkertijd wordt voor sommige technieken een uitzonderingsstatus voorzien en dat op basis van weinig duidelijke criteria. Als het Hof de advocaat-generaal volgt, blijft er dus sowieso een juridische onzekerheid die de kans biedt nieuwe GGO’s ongereguleerd op de markt te brengen. Dus op uw bord zonder dat u er ook maar iets van weet, laat staan iets over te zeggen hebt.

Disclaimer

Voor ik verder ga, allereerst deze disclaimer. Nog voor bepaalde Gentse academici weer beginnen schelden en zeggen dat ik “anti-wetenschap” ben: ik ben nooit tegen fundamenteel wetenschappelijk onderzoek, ook niet in de biotechnologie. Alleen moet de wetenschappelijke wereld daar zélf dan ook wel het lef hebben om publiekelijk fundamentele vragen bij te durven stellen en het debat aan te gaan. Mijn ervaring is dat men dat niet of bitter weinig doet. Dat betekent antwoorden op vragen als: “Wie bepaalt de onderzoeksagenda?” “Waarom gaat er zoveel geld naar research voor groene biotechnologie en zo weinig naar agroecologie?” “Houdt u echt nog steeds vol dat groene biotechnologie het antwoord op de hongerin de wereld is?“ “Is het echt zo dat alles wat wetenschappelijk technisch mogelijk ook zo maar klakkeloos moet worden toegelaten op onze akkers, in het milieu en op ons bord?” “Vindt u dat bijvoorbeeld ook voor wetenschappelijke innovaties als klonen?”

Getuige daarvan de zeer actieve lobby van het VIB via bijvoorbeeld het ‘New Breeding Techniques Platform’? Vele Vlaamse wetenschappers vinden blijkbaar dat overheidsinstanties en (kritische) parlementsleden vooral met hun ‘regulerende poten’ van hun nieuwe speeltjes af moeten blijven.

Nieuwe gentechnieken zijn die technieken die de laatste jaren werden ontwikkeld om het genoom van planten, dieren, bacteriën en mensen te wijzigen. Voorbeelden zijn cisgenese (kruising binnen dezelfde soort), op oligonucleotide gebaseerde technieken (toegepast op bijvoorbeeld een herbicide-tolerante koolzaadplant ...), nuclease (DNA-afbraak door enzymen) en het direct interveniëren in de gen-regulerende werking (epigenetica). De volledige lijst van de nieuwe technieken kan geraadpleegd worden op de site van de Europese Commissie.

Het grote verschil tussen deze ggo's 2.0 en de 'oude' ggo's, is dat ze meer gericht een gen kunnen veranderen – vroeger was het eerder lukraak – waarbij het eerder ging om het 'herschrijven' van genetisch materiaal, eerder dan het toevoegen van bepaalde genen. Van de nieuwere gentechnologieën, claimen sommige wetenschappers dat ze efficiënter, goedkoper en preciezer zijn dan de klassieke technieken.  In plaats van klassieke gentransfer kan men bijvoorbeeld het DNA rechtstreeks als het ware gaan "fotoshoppen" en wijzigingen aanbrengen. Dat is het zgn. genome editing door middel van het CRISPR-Cas9 systeem. Maar ook bij deze technieken kunnen er "off-target" effecten en dus ongewenste neveneffecten optreden. Feit is dater nog slechts weinig onderzoek naar de veiligheid en lange termijn effecten van deze nieuwere technologieën gepubliceerd werd.

Onbedoelde effecten

Wat mij betreft beantwoorden deze nieuwe technieken wel degelijk aan de definitie van ‘genetisch gewijzigd organisme’, zoals de Europese Richtlijn 2001/18 voorschrijft. Een genetisch gewijzigd organisme (ggo) is in die Europese richtlijn "een organisme, met uitzondering van menselijk wezens, waarvan het genetisch materiaal veranderd is op een wijze welke van nature door voortplanting en/of natuurlijke recombinatie niet mogelijk is." (Artikel 2.2)

Ook die nieuwe generatie ggo’s zorgen voor risico’s vergelijkbaar met die van de huidige generatie ggo’s (transgenese). Nog voor de nieuwe varianten bij wijze van spreken het laboratorium stadium ontgroeid waren, toeterden vele biotechnologen al dat “dé wetenschappelijke wereld meent” dat “deze technieken veilig zijn en veel preciezer dan de oude”.  

Dat is feitelijk onjuist, want er zijn al meerdere wetenschappers die verklaarden dat het onmogelijk is nu al vast te stellen dat ze veilig zijn. Nieuw onderzoek laat zien dat er onbedoelde effecten in het genoom van die nieuwe GGO’s plaatsvinden. Zo precies zijn de nieuwe tehnologieën blijkbaar niet. Of zijn de wetenschappers die bijvoorbeeld onlangs een uiterst kritisch artikel publiceerden in Nature volgens het VIB geen echte wetenschappers?

Als Groenen vrezen we dat een deel van de nieuwe GGO’s  door het sterke gelobby uiteindelijk toch niet onder de bestaande GGO-wetgeving zullen vallen. Daarmee zouden de vereisten inzake veiligheidsanalyse, traceerbaarheid en etikettering voor consumenten die nu opgelegd worden via de ggo-wetgeving, voor een aantal technieken niet langer gelden.

National security threat

De industrie gebruikt de term 'nieuwe kweektechnieken' om het verschil met klassieke veredeling te minimaliseren. Dit terwijl deze nieuwe technieken wel degelijk direct ingrijpen op het niveau van cellen en het genoom en dus als zodanig niet als een klassieke veredelingstechniek kunnen beschouwd worden. 

De genetische verandering komt immers niet van nature voor en kan leiden tot onverwachte wijzigingen in het genetisch materiaal. Ze kunnen met andere woorden dezelfde risico's vertonen voor het milieu en de volksgezondheid als de 'oude' genetische manipulatietechnieken

Voorstanders wijzen op de ongekende voordelen. Naast de klassieke, reeds veertig jaar bestaande argumenten als ‘we gaan de honger de wereld uit helpen’ door het manipuleren van landbouwgewassen, wordt uiteraard ook het wijzigen van het DNA van bacterieën en dieren een omschreven als een ‘fluitje van een cent’. Zo zou je bepaalde ‘ongewenste’ diersoorten zoals de malariamug kunnen uitroeien of zodanig wijzigen dat ze mensen niet meer ziek maakt. Critici wijzigen op de neveneffecen: voor hetzelfde geld creëer je gevaarlijkere insecten of wordt het makkelijker bactereologische te wapens te maken.   

De Amerikaanse nationale veiligheidsdirecteur James R. Clapper stuurde twee jaar geleden nog schokgolven door de wereld van de biotechnologie door in het jaarlijke ‘Worldwide Threat Assessment’ te stellen dat ‘genome editing’ een mondiaal gevaar vormde. Hij gebruikte zelf de beladen term ‘weapons of mass destruction’.

De uiterst populaire Amerikaanse komiek-journalist John Oliver wijdde ook al 20 minuten van zijn programma “Last Week Tonight“ aan dit onderwerp. De ondertoon is duidelijk: naast veel tot de verbeelding sprekende grappen en grollen en angstaanjagende science fiction, stelt Oliver dat enige voorzichtigheid en publieke verantwoordelijkszin over hoe we wat loslaten op het milieu verstandig zou zijn. Beter voorkomen dan genezen dus.

Semantische kwestie

Hoe dan ook zou het ongereguleerd goedkeuren van deze nieuwe ’kweek’echnieken, de kroon zijn op het werk van de intensieve en agressieve lobby van biotechbedrijven als Monsanto en Syngenta, verenigd in EuropaBio. Het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB), dat weliswaar met publiek geld gefinancierd wordt, stelt zich in dit dossier helaas eerder op als een commerciële belangenbehartiger dan als een neutraal wetenschappelijk instituut.

Het is duidelijk dat het hier vooral om een semantische kwestie gaat. De biotech-reuzen spreken over ‘new breeding techniques’ om elke verwijzing met de weinig populaire ggo's te vermijden. Voor mij en wetenschappelijke experts is het helder: deze technieken zijn ontwikkeld nadat de EU-wetgeving  rond ggo's van kracht werd, ze beantwooden aan de basisdefinitie en dus vallen ze onder deze wetgeving. Twee onafhankelijke expertenteams kwamen tot ditzelfde besluit. Eén ervan wordt gedragen door een Duitse groep ngo's, het andere door het Federal Nature Protection Agency. Het is nu afwachten of de Europese juristen deze visie delen. 

Daarbovenop: vanuit het voorzorgsprincipe moeten nieuwe risico’s onderzocht worden vooraleer ze in het milieu mogen worden losgelaten. Als deze biotechnologische technieken al gebruikt zouden worden, moeten ze traceerbaar zijn én gelabeld zodat boeren en consumenten een bewuste en dus geïnformeerde keuze kunnen maken. 

De spirit en drijfveer van deze Europese Commissie is er één van deregulering. Op basis van gesprekken achter de schermen weten we dat dat ook hier gaat gebeuren.  Daarmee ondergraaft de Commissie andermaal wetgeving die de volksgezondheid en biodiversiteit moet beschermen. De gedachte dat we ggo's nodig hebben om de honger in de wereld te bestrijden is en blijft vals. 

Ook bij de nieuwe generatie ggo's gaat het om landbouwgewassen die bestand zijn tegen allerhande landbouwgif of zelf toxines produceren. Het is een giftige en lucratieve koppelverkoop van agrochemische multinationals die hun gepatenteerde planten persé op de Europese akkers willen telen. 

Het gebruik van herbiciden is de laatste jaren ontzettend toegenomen, net door het gebruik van herbicide-tolerante ggo-gewassen. Het gevolg is dat steeds meer herbicide-resistente onkruiden massaal opduiken.

Een laatste opmerking inzake de eerder gemaakte disclaimer? Op Twitter stelden een aantal (pseudo) wetenschappers di dat ik geen politicus meer mag zijn, nooit meer op een leidende plaats op een Groen-lijst zou mogen staan omwille van mijn mening en engagement in het debat over GGO’s. Heren “wetenschappers”: shame on you! Zelfs de Duitse auto-lobby, de tabaksindustrie of andere machtige lobby’s, die ik durfde tegen te spreken, durfden nooit zo ver te gaan als openlijk hun veto uit te spreken over die politici die hun belangen schaden. Het zegt meer over jullie dan over mijn inzet ten bate van het algemeen belang.

GroenDe enige partij die sociaal én milieuvriendelijk is.

www.groen.be

De Groenen/EVAGroenen en Europese Vrije Alliantie in het Europees Parlement.

www.greens-efa.eu

Samen ijveren voor een beter Europa en klimaat?