Richtlijn 2001/17/EG is voornamelijk bedoeld om consumenten
in geval van liquidatie van verzekeringsondernemingen te beschermen. De uiterste termijn voor omzetting van de
richtlijn in nationaal recht was 20 april 2003.
Sinds die datum heeft de Commissie alle bij
artikel 226 van het Verdrag voorgeschreven procedurele stappen genomen om de zaken bij het Hof aanhangig te
maken (aanmaningsbrieven, gevolgd door met redenen omklede adviezen). De snelheid waarmee deze procedure ten
uitvoer wordt gelegd toont aan dat de Commissie vastbesloten is ervoor te zorgen dat de lidstaten de maatregelen
waartoe zij zelf in de Raad hebben besloten, correct en tijdig ten uitvoer leggen. In het najaar van 2003 werden
inbreukprocedures tegen vijf andere lidstaten Denemarken, Ierland, Italië, Portugal en Oostenrijk beëindigd
nadat deze landen de Commissie de nationale maatregelen hadden meegedeeld die zij hadden vastgesteld om de
richtlijn ten uitvoer te leggen. Ook Duitsland heeft zeer onlangs zijn maatregelen meegedeeld.
Overeenkomstig deze richtlijn dient in geval van de liquidatie van een gefailleerde verzekeringsonderneming
met bijkantoren in andere lidstaten een geheel van procedures te worden gevolgd die worden geopend in de
lidstaat waar de verzekeringsonderneming haar statutaire zetel heeft ("de lidstaat van herkomst"), en is hierbij
één en dezelfde faillissementswet van toepassing die van het land van herkomst. Deze benadering strookt met het
beginsel van toezicht door het land van herkomst dat de grondslag voor de verzekeringsrichtlijnen van de EU
vormt. Bovendien waarborgt de richtlijn de bescherming van schuldeisers uit hoofde van verzekering (zoals
polishouders en verzekerde personen) door hun een voorkeursbehandeling te verlenen wanneer een
verzekeringsonderneming wordt geliquideerd.
Indien EU-richtlijnen niet vóór de uiterste
termijnen die door de lidstaten zelf zijn vastgesteld in nationale wetgeving worden omgezet, ontstaat een
ongelijke concurrentiesituatie en wordt het concurrentievermogen van de economie van de EU als geheel aangetast.
De Commissie heeft op 12 januari aangekondigd (zie IP/04/33) dat slechts vijf lidstaten
(Denemarken, Spanje, Ierland, Finland en het VK) het door de Europese Raad gestelde doel hadden bereikt en hun
omzettingsachterstand - het percentage in werking getreden interne-marktrichtlijnen dat op de overeengekomen
datum nog niet in nationaal recht is omgezet onder 1,5% hadden gehouden. Van de lidstaten die in verband met de
verzekeringsrichtlijn voor het Hof worden gedaagd, hebben België, Griekenland, Frankrijk en Luxemburg alle een
omzettingsachterstand van 3% of meer.
Voor recente informatie over inbreukprocedures tegen
lidstaten kan de volgende website worden geraadpleegd:
http://europa.eu.int/comm/secretariat_general/sgb/droit_com/index_en.htm